Vernauwde bloedvaten kunnen soms behandeld worden zonder chirurgische ingreep. Een ballondilatatie tijdens hartcatheterisatie moet het vernauwde bloedvat openrekken. In een aantal gevallen is de wand van het bloedvat zo aangetast dat de vernauwing terugkomt. In deze situaties kan plaatsen van een stent via hartcatheterisatie de oplossing bieden.
Een stent is een open metalen buisje dat ineengekrompen op een lege ballon gemonteerd wordt. Na aanprikken van een ader of slagader in lies of hals worden ballon en stent over een stijve voerdraad door de vernauwing in het bloedvat gebracht. Vervolgens wordt de ballon met kracht opgeblazen en perst de stent in de vernauwde wand. Vermits stents bestand zijn tegen grote radiale krachten, blijven ze mooi open na leeglaten van de ballon en verhinderen terugplooi van het vat. De ballon wordt dan verwijderd uit het bloedvat en de procedure wordt beëindigd.
Indicaties: de meest courante toepassingen zijn coarctatio bij de volwassene en vernauwingen van de longslagaders na correctie van tetralogie van Fallot.
Complicaties: correcte plaatsing van een stent is geen eenvoudige procedure, maar de complicaties zijn beperkt. Soms schuift de stent voorbij de vernauwing en moet dan teruggehaald worden of op een andere plaats opgeblazen. Soms ontstaat binnen de maanden na plaatsing een weefselreactie binnenin de stent die een nieuwe vernauwing veroorzaakt, die dan opnieuw met een ballon moet opengerokken worden.
Nieuw: op dit ogenblik wordt een nieuw type stent getest met een klep in gemonteerd. Deze zou in sommige gevallen een lekkende pulmonaalklep kunnen vervangen zonder hartoperatie.